De beursgraadmeters in New York kwamen donderdag nauwelijks in beweging. Op Wall Street werd opnieuw een reeks kwartaalcijfers van grote bedrijven verwerkt, maar werd ondertussen vooral uitgekeken naar de banencijfers die vrijdag worden gepubliceerd. Die moeten een beter beeld geven van de kracht van de Amerikaanse economie.
De Dow-Jonesindex steeg 0,1 procent naar 17.660,71 punten. De breed samengestelde S&P 500 sloot nagenoeg onveranderd op 2050,63 punten. Technologiegraadmeter Nasdaq verloor 0,2 procent bij 4717,09 punten.
Olie stond opnieuw in de schijnwerpers. Mede door nieuwe berichten over de dalende productie in de VS liep de prijs van Amerikaanse olie in de vroege uren van de beursdag bijna 5 procent op. Hier bleef tegen het einde van de sessie echter slechts een plus van ruim 1 procent , tot 44,35 dollar per vat, van over. Oliebedrijf Chevron (plus 0,8 procent) stond desondanks in de hoogste regionen van de Dow Jones.
Merck in de min
Farmaceut Merck (min 1,3 procent) stond onderin de rij van dertig hoofdfondsen. Het bedrijf zag zijn omzet vorig kwartaal sterker dalen dan verwacht, onder meer door tegenvallende verkopen van middelen die al langer op de markt zijn.
Buiten de Dow werd voedingsmiddelenbedrijf Kraft Heinz bijna 4 procent meer waard. Het vorig jaar gevormde fusiebedrijf presteerde in het eerste kwartaal beter dan verwacht, door bezuinigingen en nieuwe producten.
Tesla wil productie sneller opkrikken
De nieuwe productiedoelen van Tesla werden sceptisch ontvangen op Wall Street. De producent van elektrische auto's gaf woensdag nabeurs aan dat de productie twee jaar eerder dan gepland wordt opgekrikt naar een half miljoen auto's per jaar. Veel analisten vinden dat doel echter te ambitieus en beleggers zetten het aandeel 5 procent in de min.
Ondanks alle bedrijfsresultaten wierp het maandelijkse rapport over de Amerikaanse arbeidsmarkt zijn schaduw vooruit. Economen rekenen er in doorsnee op dat er vorige maand 200.000 nieuwe banen zijn gecreëerd in de VS. Dat zouden er wat minder zijn dan in de voorgaande maand. De banengroei is een belangrijke graadmeter voor het rentebeleid van de Federal Reserve.
De euro was donderdagavond met 1,1405 dollar evenveel waard als bij het slot van de Europese beurzen eerder op de dag.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl